Vlaams konijn

(België)

marinade: 3 dl droge witte wijn – 1 dl witte wijnazijn – 6 peperkorrels – 2 blaadjes laurier – 1 takje tijm – 1 konijn
bloem – zout – 100 gr ontbijtspek aan één stuk – 50 gr boter – 2 uien – 2-takjes tijm – 2 dl wildbouillon – 250 gr gedroogde pruimen – 1 el bruine basterdsuiker of stroop – 1 plak ontbijtkoek

Snij het konijn in stukken. (of laat de poelier dit doen) Meng voor de marinade wijn t/m tijm en leg hierin het konijn. Laat 24 uur afgedekt staan in de koelkast. Af en toe de stukken keren. Laat de pruimen ook en nacht weken in water of witte wijn, of beide. De pruimen moeten ruim onder het vocht staan.
Snij het ontbijtspek in blokjes, de ui in halve dunne ringen. Haal de konijn uit de marinade, dep droog, bestrooi met zout en bloem. Bak de blokjes spek uit in 20 gr boter, haal ze uit de pan. Braad de konijndelen in het vet rondom goudbruin en haal uit de pan. Voeg de rest van de boter toe en bak de uiringen goudbruin, leg de konijn terug in de pan en voeg de bouillon toe. Zeef en verwarm de marinade en voeg die ook toe. Leg de tijm in de pan en laat op zacht vuur afgedekt 1-2 uur stoven. Voeg de geweekte pruimen met vocht toe en laat nog 30 min verder stoven. Als het konijn gaar is uit de pan halen en warm houden. Breng het stoofvocht aan de kook en laat inkoken tot 2-3 dl. Roer de suiker en verkruimelde ontbijtkoek erdoor en laat het licht binden. Maak op smaak met peper en zout en giet over het konijn.

ipv wildbouillon kan ook wildfond gebruikt worden